‘Geen tijd voor echte aandacht in de zorg’
Vrijdag 1 september 2023Is de zorg echt onbetaalbaar? Die vraag stelt Marjet Veldhuis zichzelf in haar boek Heilige zorghuisjes. Haar antwoord? ‘We kunnen de zorg best betalen, maar dan moeten we ’m totaal anders gaan inrichten. Met minder regels en meer vertrouwen.’
Mensen helpen in een periode dat ze het lastig hebben: voor Marjet Veldhuis (61) is dat de kern van goede zorg. Als kind wist ze al dat ze er op die manier voor anderen wilde zijn. ‘Ik heb altijd dat verzorgende gehad. Ik wilde mensen helpen op een moment dat ze uit evenwicht zijn. Door voor ze te zorgen, maar ook door ze te helpen om weer voor zichzelf te kunnen zorgen. Soms gebruik je daarvoor zorghandelingen, maar net zo vaak is zorgen ook gewoon luisteren. Mensen een aai over de bol geven. Een kopje thee drinken. Alleen zijn we dat laatste verleerd, of het is ons afgeleerd. De zorg is een meetindustrie geworden die alleen nog maar de protocollen volgt. Voor luisteren en echte aandacht geven is geen tijd.’ Veldhuis is een vrouw met een missie: de zorg van binnenuit veranderen. Toen ze in de jaren tachtig begon als verpleegkundige waren er nog nauwelijks protocollen en was er weinig papierwerk. Nu zijn zorgprofessionals 40 procent van hun tijd bezig met bureaucratie. ‘De zorg is een inefficiënt, geldverslindend systeem, waar in de praktijk niet meer de patiënten en zorgprofessionals centraal staan, maar het systeem’, zo schrijft Veldhuis op haar website.
Bijhouden
Zelf werkt ze al jaren niet meer in de zorg. Een latexallergie maakte daar tot haar grote spijt een einde aan. Van werken in de zorg, moest ze noodgedwongen de overstap naar werken aan de zorg. Ze werkte onder meer bij een zorgverzekeraar en bij het Zorginstituut Nederland, dat de overheid adviseert over de zorg in ons land. Ze zag in die verschillende rollen wat de invloed is van alle mogelijke controles op de zorg. Zorginstellingen moeten voldoen aan allerlei keurmerken. Zorgprofessionals moeten van alles bijhouden. Voor zorgverzekeraars, voor de inspectie, voor interne kwaliteitsdoelen. Ze moeten hun kennis regelmatig updaten om hun BIG-registratie te behouden. Enzovoort, enzovoort, enzovoort. Veldhuis vindt dat we weer moeten gaan vertrouwen op de professionele kennis en kunde van onze artsen, fysiotherapeuten en verpleegkundigen. ‘We leiden ze allemaal op in goede beroepsopleidingen en vervolgens nemen we alle zelfstandigheid bij ze weg door ze te dwingen protocollen te volgen. Daarmee gaan we niet alleen voorbij aan de professionaliteit van deze zorgverleners, maar ook aan de diversiteit van hun patiënten. Jong of oud, man of vrouw, de culturele achtergrond, of iemand arm of laaggeletterd is: het maakt allemaal uit voor welke behandeling het beste past. Daarom pleit ik voor richtlijnen die professionals mógen volgen in plaats van protocollen waarin elke stap moet worden afgevinkt.’
De zorg is een meetindustrie geworden die alleen nog maar de protocollen volgt
In en aan de zorg werken
Veldhuis denkt dat er te veel mensen zijn die aan de zorg werken. Die maken het de mensen die in de zorg werken moeilijk. ‘De zorg kostte de Nederlandse schatkist in 2019 115 miljard euro. Ik denk dat de helft daarvan gaat naar mensen die aan de zorg werken. Naar consultants en managers en onderzoekers. Maar als het gaat over bezuinigingen, gaat het nooit over deze mensen. Dan gaat het altijd over de mensen die in de zorg werken. Of over een eigen bijdrage van patiënten, een hoger eigen risico. We krijgen met z’n allen minder zorg, maar betalen meer premie en een hogere eigen bijdrage. Daar strijd ik tegen.’ Elk jaar verschijnen er verschillende onderzoeken naar hoe we de zorg betaalbaar kunnen houden. ‘Die worden gedaan door mensen die aan de zorg werken. Laatst nog publiceerde de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) een advies, met de titel: Met de stroom mee. Die titel zegt natuurlijk al alles: ze zoeken naar oplossingen waar weinig weerstand tegen is. Maar als je dan kijkt naar de bronnen die ze raadplegen; de RVS sprak met 72 personen die werken aan de zorg. Er is amper een zorgprofessional, en geen patiënt of burger voor dit onderzoek geïnterviewd. Dat zie je eigenlijk bij al die onderzoeken.’
Verpleeghuis
Het activisme van Veldhuis begon toen haar moeder dementie kreeg. ‘Ik werd gek van de hoeveelheid informatie die ik via verschillende kennis- en expertisecentra kon vinden. Het is belangrijk dat weinformatie delen, maar dat hoeft niet op zo veel verschillende plaatsen.’ In het verpleeghuis waar haar moeder uiteindelijk terechtkwam stond een robot-knuffelzeehond in de kast. ‘Er mocht niet mee gespeeld worden, want hij ging zo snel kapot. En ook op andere momenten zag ik dat ze daar niet in mogelijkheden dachten, maar alleen maar in bedreigingen. Maar daardoor lever je niet de beste zorg.’ Hoewel Veldhuis zich zorgen maakt, heeft ze ook hoop op een betere zorgtoekomst. Ze ziet dat mensen steeds vaker het verschil maken tussen in de zorg en aan de zorg werken. En dat is een goed begin. Ze gaat bovendien uit van het goede van de mens. ‘Natuurlijk zijn de mensen die aan de zorg werken geen slechte mensen. Ze geloven dat zij het goede doen. Maar ze zitten te vaak in een ivoren toren, zijn te ver weg van de werkelijkheid. Ze bedenken termen als passende zorg en zinnige zorg en schrijven rapporten. Maar we zijn doorgeschoten.’ Veldhuis heeft geen makkelijk verhaal. Op haar boek en op haar posts op LinkedIn krijgt ze veel reacties van patiënten en van mensen die in de zorg werken. Maar vanuit de mensen die werken aan de zorg blijft het oorverdovend stil. Daarom is ze – als we haar voor de zomer spreken – een brede groep zorgverleners aan het samenbrengen. ‘Het pluche gaat dit niet oplossen. Economen, juristen en bestuurskundigen weten niet hoe het is om in de zorg te werken, wat zorg ís. De verandering moet komen van onderop. Samen kunnen wij een vuist maken.’
Nog belangrijker is dat zorgprofessionals even op adem kunnen komen
Rust
Wat als ze zelf op dat pluche zou zitten? Wat zou Veldhuis direct veranderen als ze morgen minister van Volksgezondheid zou zijn? ‘Nou, eigenlijk zou ik niet eens minister willen zijn. Dat is mij te politiek. Ik zou liever secretaris-generaal van het ministerie zijn om vanuit die rol het ministerie op te schonen. Ik zou dan als eerste voor een moratorium kiezen, een periode van rust waarin er geen nieuwe wetten en regels bijkomen. Een periode om overzicht te creëren binnen het ministerie en gerelateerde organisaties. Maar nog belangrijker is dat zorgprofessionals dan ook even op adem kunnen komen. Die hebben soms te maken met twee of drie nieuwe regels per maand. Die moeten ze dan weer inregelen, een administratie voor optuigen. Vanuit dat rustpunt kunnen we gaan kijken wat er nou echt nodig is voor de zorg.’
Heilige zorghuisjes
In haar boek Heilige Zorghuisjes laat Marjet Veldhuis zien waar we de 115 miljard aan zorgkosten aan besteden. Welk deel daarvan gaat echt naar de patiënten? En hoe zouden we dit beter kunnen doen? U kunt het boek voor 21,99 euro (excl. verzendkosten) bestellen op www.marjetveldhuis.nl.
Beeld: Hein van den Heuvel
Gerelateerde artikelen
Geniet van alle ONS voordelen als KBO lid:
✔ Ontvang 11x per jaar het print magazine ONS.
✔ Ontvang 12x per jaar het ONS Mailmagazine
✔ Iedere dag 8 verschillende puzzels maken
✔ Er op uit met voordeel
✔ Veel keuze uit aanbiedingen