Ga door naar hoofdcontent
Artikelen‘Wonen in een klooster’
Wonen

‘Wonen in een klooster’

Maandag 26 juli 2021

‘Hier zorgen vier generaties voor elkaar’

Rob van Leuven

Wonen in een klooster. Voor sommigen blijft het bij een droom, maar deze familie heeft het waargemaakt. Van overgrootmoeder tot achterkleinzoon: hier wonen vier generaties onder één dak.

image

Rob en Rianne van Leuven wonen in een klooster. Jarenlang woonden ze naar tevredenheid in een tussenwoning in Eindhoven. Daar brachten ze hun drie kinderen groot. Toen Rob, architect van beroep, acht jaar geleden voor zichzelf begon en kantoor hield in een leegstaande slaapkamer, gingen ze op zoek naar iets anders. Maar een goede werkplek voor Rob was niet het enige, vertelt Rianne. Zij heeft twee kunstheupen en wist dus dat ze op een gegeven moment minder mobiel kan worden: ‘We liepen al langer met het idee een project op te zetten voor onze oude dag. Iets waarbij je dicht bij elkaar woont, met familie of vrienden. Zodat je langer zelfstandig kunt blijven wonen.’

Borrelende ideeën 

En toen was daar ineens die advertentie, in 2015: Klooster te koop. Een buitenkansje in het centrum van Vlierden. En niet onbetaalbaar. Rob: ‘Had dit in Eindhoven gestaan, had het vijf keer zoveel gekost.’ De ideeën over wonen in een klooster, begonnen direct te borrelen bij Rob. Er volgden een bezichtiging, schetsen, gesprekken met de gemeente en met een notaris en al snel was het geregeld. Rob: ‘Op het moment dat je de knoop doorhakt, maak je de keuze: of je doet het niet en dan heb je de rest van je leven spijt. Of je doet het, en dan weet je dat je tegen dingen aan kunt lopen. Je kunt beter spijt hebben van wat je wél hebt gedaan, dan andersom.’

Alles rolstoeltoegankelijk

Het pand werd opgesplitst in vier delen en een Vereniging Van Eigenaren (VVE) werd opgericht. De monumenten- en bouwvergunning en aparte nutsaansluitingen werden geregeld. Na de koop op 1 maart 2016 en de verlening van de bouwvergunning in juni begon de verbouwing. En vlak voor kerst kon iedereen verhuizen om te gaan wonen in een klooster: Rob en Rianne, hun dochter Charlotte met haar gezin, de ouders van Rianne en nichtje Anneke met haar gezin. Rianne: ‘We hebben alles rolstoeltoegankelijk gemaakt, zelfs de tuin. Bij mijn moeder is al een lift en bij ons is daar ook ruimte voor, mocht dat nodig zijn in de toekomst.’

Wonen in een klooster

Het klooster heeft een lange geschiedenis in Vlierden. In 1906 werd het gebouwd als Liefdegesticht, gefinancierd door de kerk. Rob: ‘Er was behoefte aan een meisjesschool en opvang voor “ouden van dagen”. Er waren in dit pand drie klassen van de meisjesschool, er was een kapel en er waren gescheiden ruimtes voor oude mannen en oude vrouwen. In het midden woonden de zusters.’ In 1953 vertrokken de kloosterlingen, weet Rob. Daarna is het een opvang geweest: achtereenvolgens voor slachtoffers van de Watersnoodramp, voor KNIL-militairen en Indiëgangers, en voor jongeren met een geestelijke beperking. Vanaf 1966 was het gebouw namelijk eigendom van een zorgstichting. In 2011 was daarvan nog één afdeling over: de groengroep, voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Die zorgstichting heeft het pand uiteindelijk op 1 maart 2016 aan de nieuwe bewoners verkocht, en de groengroep bleef tot aan de coronalockdown het gezamenlijke groen onderhouden.

Met open armen

De rijke geschiedenis van het klooster heeft Rob deels zelf uitgezocht, maar veel informatie werd ook aangedragen door de dorpelingen. Rianne: ‘Sinds we in dit klooster wonen, kwamen mensen gewoon aan de deur en vertelden verhalen van vroeger. We zijn met open armen ontvangen, mensen vinden het erg fijn dat het weer bewoond wordt.’ Rob: ‘We hebben zelfs de originele bestektekeningen, oude boeken en delen van de originele glas-in-lood-ramen gekregen of terug kunnen kopen.’

Kantoor

Het klooster bevat nog een vijfde eenheid, die later eventueel kan worden verbouwd tot een zelfstandig appartement. In een andere ruimte heeft Rob nu zijn zo gewenste kantoor gerealiseerd. Dat de kerk destijds de bouw financierde is volgens Rob een enorm voordeel: ‘Het casco is degelijk, er zijn eersteklas materialen gebruikt. De daklijn is nog kaarsrecht. Als je een oude boerderij koopt, koop je meestal de armoede van de boer die het destijds heeft gebouwd. Maar de kerk was honderd jaar geleden een machtige organisatie met veel geld.’

Praatje in de tuin

Het samen wonen in een klooster gaat goed, juist omdat iedereen zijn eigen voordeur heeft en er rekening wordt gehouden met elkaars privacy. Rob: ‘Het is eigenlijk een grote vier-onder-één-kapper. Het is een keuze om elkaar op te zoeken, het hoeft niet. Als in het vijfde appartement straks iemand komt die geen familie is, dan kan dat ook prima.’ Maar juist die nabijheid van familie is wel een meerwaarde, vindt ook Anneke: ‘Elkaar de helpende hand toesteken, een extra oogje in het zeil voor onze dochter Vosse, dat is fijn. Er is makkelijker contact, even een kopje koffie, een praatje in de tuin…’

Altijd reuring

Inmiddels hebben Rob en Rianne vijf kleinkinderen, van wie er twee in het klooster wonen. Rianne werkte als verpleegkundige en op een peuterspeelzaal, en ging op haar 59e met pensioen. Dat vindt ze heerlijk en ze verveelt zich bepaald niet. ‘We zien elkaar hier bijna dagelijks. Ik pas veel op de kleinkinderen, ook die hier niet wonen,’ vertelt ze. ‘En mijn ouders zag ik elke dag, ik was mantelzorger tot aan mijn vaders overlijden. Nu is mijn moeder alleen, maar niet eenzaam.’ Daar is Riannes moeder Arda het mee eens: ‘Er is altijd reuring. We hebben hier een manier gevonden om levensloopbestendig te wonen. We zorgen voor elkaar. De jongere helpt de oudere, maar de oudere helpt ook de jongere.’

Zorgen voor elkaar

Rianne: ‘Dat we allemaal samen waren in die moeilijke tijd, ook nog eens tijdens de lockdown, was geweldig. Wij konden via de tuin naar elkaar toe, avondklok of niet. En nu ook nog. Mijn moeders ogen moeten gedruppeld worden ’s avonds. Zij hoeft niet op thuiszorg te wachten, dat regelen wij gewoon onderling.’ Charlotte beaamt dat: ‘Het belangrijkste is dat de vier generaties voor elkaar zorgen. Dat heeft zich bewezen in de coronatijd. Mijn kinderen groeien niet alleen op met hun ouders, maar ook met opa en oma én met overoma, naar wie ze graag een bosje zelfgeplukte bloemen brengen. De grootste verandering is dat er altijd wel iemand in de buurt is. Voor een praatje, om op te passen of een boodschap te doen.’

Rob (65) en Rianne (64) van Leuven zijn de iniatiefnemers van het project en wonen in appartement 1. Hun dochter Charlotte van Donk (36) woont met man Rikko (58), dochter Lente (6) en zoon Loïc (3) in appartement 2. Het derde appartement kochten de ouders van Rianne: Arda (85) en Mees van Rangelrooij. Helaas is Mees op 31 december 2020 op 89-jarige leeftijd overleden aan de gevolgen van corona. Het vierde appartement ging in de openbare verkoop, en werd uiteindelijk ook door een familielid gekocht: nichtje Anneke van Rangelrooij (30), met haar man Stijn Holdrinet (39) en dochtertje Vosse (1). De appartementen zijn allemaal verschillend en variëren in oppervlakte tussen de 150 en 235 vierkante meter. Elk appartement heeft een eigen voordeur, een eigen terras en er is een gezamenlijk stuk grond; in totaal een perceel van 2.400 vierkante meter.

Hier vindt u een ander inspirerend artikel over wonen in een klooster.