Grootouders en hun kleinkinderen: over opvoeden en verwennen

Opa en oma zijn is heerlijk, maar het is ook zoeken naar de juiste balans. Hou ik me bezig met de opvoeding van de kleinkinderen, of juist niet? Hoe blijf ik betrokken zonder als bemoeial te worden aangemerkt? Hoever mag ik gaan in het verwennen van de kleinkinderen? Mag ik de opvoeding sturen, of is dat juist niet gewenst? Vragen die vast veel grootouders te binnen schieten. Wij vroegen aan onze lezers: bent u betrokken bij de opvoeding van de kleinkinderen?

Ruim een kwart van de bijna duizend deelnemers aan onze peiling zegt nauw betrokken te zijn bij de opvoeding van de kleinkinderen. 7 procent voelt zich zelfs een gelijkwaardige mede-opvoeder. 21 procent zegt de kleinkinderen daadwerkelijk mee op te voeden, maar daarbij wel de opvoedregels van de ouders te volgen. Dat is tevens één van de etiquetteregels van het samen opvoeden: respecteer de opvoedideeën van uw dochter of zoon. Ondermijn de regels die de ouders hebben ingesteld niet; stem samen af wat wel en niet kan.

Meer dan de helft van de deelnemers aan onze enquête is graag beschikbaar voor de kleinkinderen, maar voedt niet mee op. 29 procent heeft het liever over ‘oppassen’ dan over ‘opvoeden’. En 24 procent wil vanzelfsprekend helpen, maar bemoeit zich beslist niet met de opvoeding. Dat is meteen ook één van de ‘do’s’ voor opa’s en oma’s: ben er als het nodig is. Pas een keer op, luister naar je kleinkinderen, ga gezellig samen een middagje weg. Laat merken dat u tijd voor hen heeft.

11 procent van de grootouders geeft aan de kleinkinderen alleen maar te verwennen. Niet meer. Dat is mooi natuurlijk, daar zijn opa’s en oma’s ook voor, maar morrel niet te veel aan de regels die vader en moeder voor hun kinderen hebben ingesteld. 8 procent zegt geen kleinkinderen te hebben, of er geen contact mee te hebben. Hou een beetje rekening met deze ouderen: ze zitten niet altijd op de enthousiaste verhalen van opa’s en oma’s te wachten. Soms kunnen de trotse verhalen over de kleinkinderen zelfs pijn doen. En hou vooral ook rekening met uzelf: fijn dat u wilt helpen en uw kinderen wilt ondersteunen, maar hou uw eigen grenzen goed in de gaten. Duidelijk en tijdig aangeven wat wel en wat niet kan komt uzelf ten goede, maar ook uw kinderen en kleinkinderen!

Foto: Shutterstock