Ga door naar hoofdcontent
ArtikelenEthiopië: hoe arme ouderen er overleven met onze steun
Oud in Afrika

Ethiopië: hoe arme ouderen er overleven met onze steun

Maandag 23 augustus 2021

‘Opa of oma is de extra mond die moet worden gevoed’

Dick Wittenberg

Arm en oud zijn is in Ethiopië mensonwaardig zwaar. Minimale hulp zorgt voor verlichting. Schrijver en bestuurslid van Oud in Afrika Dick Wittenberg, maakte op eigen kosten een rondreis langs bakens van hoop.

image

Engude Dafa was vanochtend zo duizelig dat ze twee keer plat op haar gezicht in de modder viel. Kleindochter Genet van twaalf hielp haar beide keren overeind en ze fluisterde haar zachte woorden in het oor. Langzaam kwam oma tot rust. Ze hielp haar schone kleren aan te trekken, het enige andere stel dat ze bezit. De naam Genet betekent ‘hemel’ in de plaatselijke taal. En nu zitten het meisje en haar omahier op een bank in de katholieke gezondheidspost van Derge, een buitenwijk van de stad Nekemte, in het zuidwesten van de Afrikaanse staat Ethiopië. ‘Hoe oud is Engude?’, vraag ik. ‘Tweeëntachtig jaar’, zegt Genet. Stokoud in een land waar de helft van de 110 miljoen inwoners jonger is dan vijftien jaar en een vrouw gemiddeld niet ouder wordt dan 66 jaar.

Twee hompen brood

Dat de Ethiopische Engude tot hier is gekomen dankt ze aan de wandelstok waarop ze zwaar steunt. En aan Genet die haar met zachte hand leidt. De oude vrouw is vrijwel blind. Maar vroeger, vertelt ze, vroeger redde ze zich prima in haar eentje. Ook nadat haar man ruim twintig jaar geleden overleed. Ze verkocht sterke drank die ze van gerst had gestookt. Daar kon ze van leven. Min of meer. Tgenwoordig kan ze niet eens meer koffiebonen branden en pletten met een vijzel, vertelt ze met een hulpeloos gebaar. Ze ziet het niet meer. En nu valt ze dus ook nog duizelig op de grond. De jeugdige non, zuster Tinsae, kan haar helaas niet helpen. Of misschien toch? Heeft Engude vandaag al iets gegeten, vraagt ze? Nee, dus. Haar kleindochter ook niet. Zuster Tinsae haalt twee mokken thee met suiker en twee hompen van een plaatselijk soort brood.

Nog geen 3 euro pensioen

Engude is een van de 2.350 ouderen in deze achtergebleven streek in Ethiopië die een maandelijkse uitkering krijgen via de katholieke kerk. Met geld van de Nederlandse stichting Oud in Afrika die sinds 2014 samenwerkt met KBO-Brabant. Een uitkering klinkt te indrukwekkend. Noem het een ieniemienie pensioen. Nog geen 3 euro per maand: 140 birr in de plaatselijke munt. In Nederland zijn we bevoorrecht met onze AOW en vaak nog een aanvullend pensioen. Het overgrote deel van de wereld kent geen oudedagvoorziening. Ouderen werken daar tot ze niet meer kunnen.

Ethiopisch vangnet

Het enige vangnet voor ouderen in Ethiopië, is de uitgebreide familie. Van kinderen wordt verwacht dat ze zich later over hun ouders ontfermen. Maar steeds meer kinderen trekken met hun gezinnen naar de stad. Ouderen en achterblijvers sappelen om te overleven op het platteland. Op lapjes grond die gemiddeld niet groter zijn dan een kwart hectare en die ze bewerken met ploeg en os. Als ze al een os bezitten. Anders moeten ze er een lenen en delen ze met de eigenaar de opbrengst van hun oogst. Nooit is de opbrengst toereikend om een huishouden het hele jaar te voeden. Ruim de helft van de Ethiopiërs leeft in armoede. Op de ontwikkelingsranglijst van de Verenigde Naties staat Ethiopië op plaats 173 van de 189 landen.

Duizend tinten groen

Veertien dagen lang rijd ik in totaal 1.800 kilometer door een paradijselijk ogend heuvellandschap in Ethiopië, op een hoogte van tussen de 1.700 en 2.500 meter, met 1.000 tinten bruin en groen. Ik bezoek 9 van de 31 projectgebieden waar de katholieke kerk een groep ouderen financieel ondersteunt. Alleen de armsten van de armen komen in aanmerking. Het maakt niet uit van welke bevolkingsgroep of geloof ze zijn. In een land waar armoede zoveel gradaties heeft, kennen ze allerlei omschrijvingen voor de armsten van de armen. Ze noemen hen ‘zij die alleen nog water hebben om te koken’. Of: ‘zij die niks meer in huis hebben om te proeven’. En ‘zij die zich niet meer herinneren wat de geur van voedsel is’. 

Lastig kiezen

Ik woon drie bijeenkomsten bij waar Ethiopische ouderen het maandgeld in handen krijgen. Met hun vingerafdruk op een stempelkussen tekenen ze voor ontvangst. Nonnen van twee congregaties, de Dochters van Liefdadigheid en de Helpers van Maria, geven hun aanwijzingen hoe ze zich goed kunnen verzorgen. Hebben ze medische hulp nodig, dan wijzen de zusters de weg. Ik zie ook dat zo’n bijeenkomst voor veel ouderen een uitje is. Druk gebarend buurten ze met elkaar. 

140 birr

In een Ethiopische kliniek komt een vrouw naar me toe en zegt ongevraagd: ‘Zonder de zusters leefde ik niet meer.’ Een andere vrouw valt haar bij: ‘De bijdrage van de zusters geeft me elke maand weer hoop.’ Maar ik kan het me moeilijk voorstellen. Wat koop je voor bijna 3 euro, 140 birr? Vier stukken zeep. Of bloeddrukverlagende medicijnen voor vier maanden. Of drie kilo maïs. Of zeven pond bananen. Misschien twintig hompen brood. Lastig kiezen. Daar kom je de maand niet mee door.

Inwonend kind 

In hun huizen van hout, leem en stro bezoek ik negentien Ethiopische ouderen die een ieniemienie pensioen ontvangen. Het is midden in het regenseizoen. Ik volg de slingerpaden vol plassen. Bij elke stap kleeft er meer modder aan mijn schoenen die ik niet meer als zodanig herken. Bijna alle ouderen hebben wel een kind of kleinkind, al dan niet met hele familie, dat bij hen inwoont en hen verzorgt. Een dochter van middelbare leeftijd die ‘s ochtends water voor hen haalt bij de dichtstbijzijnde bron. Die brandhout verzamelt en hun versleten kleren wast. Die kookt, op de dagen dat er iets te eten valt. Een sponsachtige grijze pannenkoek met wat bladgroenten en kool of met een saus van gemalen noten op zijn best. Hooguit twee keer per jaar met vlees.

Ethiopische uitkering

In dit soort huishoudens in Ethiopië heeft niemand een nagel om zijn gat te krabben en draagt iedereen naar vermogen bij. Opa of oma is de extra mond die moet worden gevoed. Ouderen vertellen me hoe belangrijk ze het vinden dat ze met hun uitkering ook iets bij te dragen hebben. Het lijkt een schijntje. Het is weinig en door de forse geldontwaarding van de afgelopen jaren wordt het steeds minder. Maar ze hoeven niet te verpieteren op hun oude dag. Het blijft een maandelijkse reddingsboei. Een buffer van betekenis.

KBO-Brabant werkt samen met de Stichting Oud in Afrika, die senioren in Kenia en Ethiopie helpt met thuiszorg, staaroperaties en micropensioenen. Alle donaties zijn welkom en elke euro wordt doelgericht besteed. U kunt uw gift onder vermelding van ‘Donatie’ overmaken naar Stichting Oud in Afrika in Dordrecht, op rekeningnummer NL05 RABO 0116 7161 85.