Ga door naar hoofdcontent
ArtikelenCultuurchristen Yvonne Zonderop
religie

Cultuurchristen Yvonne Zonderop

Vrijdag 28 februari 2020

‘Mensen die geloven, zijn helemáál niet dom’

Yvonne Zonderop

Bijna geruisloos hebben miljoenen Nederlanders in een paar decennia de Rooms-Katholieke Kerk verlaten. Wie nog wil geloven, moet dat maar achter de eigen voordeur doen. Schrijfster Yvonne Zonderop vindt dat we met die ontwikkeling heel wat méér zijn kwijtgeraakt dan alleen het klemmende korset van de kerk.

image

Sinds ze twee jaar geleden haar boek Ongelofelijk uitbracht, kreeg Yvonne Zonderop ‘tientallen, zo niet honderden’ verzoeken om over haar boek te komen vertellen. Ze beschrijft daarin hoe Nederlanders massaal – maar tegelijk vrij onopvallend – stopten met naar de kerk gaan, hoe geloof in Nederland een privézaak werd en hoe jongeren nu soms constateren dat ze ‘iets’ missen dat hun leven richting en betekenis geeft.

Zingeving

Maar al te vaak krijgt ze reacties van opluchting van mensen die enorm blij zijn met de steun uit onverdachte hoek: een Amsterdamse schrijfster die zegt dat mensen die geloven helemaal niet gek of dom zijn. ‘Dat geeft veel mensen blijkbaar toch een fijn gevoel.’ En terecht, vindt ze. ‘Van de hele wereldbevolking is 85 procent gelovig. Wie zou durven beweren dat die allemaal dom zijn? Het christendom is een enorm ingenieus stelsel van zingeving en nog steeds de snelst groeiende godsdienst ter wereld. Mensen die geloven, zijn helemáál niet dom.’

Biechten bij de kapelaan

Zonderop groeide op in Den Haag en Rijswijk. Tot ergens in haar tienerjaren kwam ze regelmatig in de kerk, meestal met haar vader en broertje. ‘Mijn moeder bleef vaak thuis. Pas later heb ik begrepen dat dat was vanwege haar slechte ervaringen bij de nonnen.’ Het beeld van misvieringen in de jaren vijftig en zestig, zoals het haar is bijgebleven: ‘Drie mannen in kazuifels in de verte. En wierrook.’ Met haar hele schoolklas moest ze soms biechten bij de kapelaan. ‘Ik herinner me nog hoe het licht door de gebrandschilderde ramen viel op het raster tussen mij en de kapelaan. Ik verzon vaak iets: dat ik koekjes had gegapt of mijn broertje geplaagd. Mijn idee van de kerk was toen al: het maakt niet uit of je er iets van meende, als je maar het juiste dééd. Mensen in mijn omgeving waren ook zelf niet zo geïnspireerd dat ze op een kind konden overbrengen wat het geloof inhield. Geloof was een kwestie van gewoonte, conventie.’ De tijd dat ze met haar vader en broertje voortijdig de kerk uitsloop om op tijd thuis te zijn voor Sport in Beeld,dat haar vader niet wilde missen, was het begin van het einde. ‘Op een gegeven moment gingen we niet meer.’

Tranen

Jarenlang moest Zonderop niets hebben van kerk en geloof. ‘Ik herinner me dat ik met mijn toenmalige vriendje een keer stampvoetend de Sint Pieter in Rome heb verlaten, boos over zo’n enorm pronkerige inrichting, die naar mijn idee totaal niet paste bij wat Jezus voorstond.’ Langzamerhand kwamen er toch vragen naar boven. Alleen al de vraag wat haarzelf nu zo emotioneerde bij het zien van religieuze kunstwerken. De tranen liepen haar bijvoorbeeld over de wangen toen ze in Boedapest voor het werk van El Greco stond. ‘Kunstuitingen die naar de Bijbel verwezen, raakten me.’ Ze sprak er met verschillende mensen over en begon een openbare briefwisseling met Stephan Sanders, een collega-journalist die ongeveer gelijktijdig meer en meer gefascineerd raakte door religie. ‘Die briefwisseling heeft veel opzien gebaard. We merkten dat we op een taboe botsten. Veel vrienden van mij waren stomverbaasd: “Yvonne is in de Heer!” Dat was overigens helemaal niet het geval. Stephan is wel gelovig geworden, ik had die behoefte niet. Ik wilde vooral onderzoeken waar mijn eigen gevoeligheid voor religieuze thema’s vandaan komt en hoe wij als ontzuilde maatschappij omgaan met religie. Het ging mij niet om mijn persoonlijke verhaal, maar om vragen als: hoe kan het dat miljoenen mensen de kerk hebben verlaten, zonder dat daar – vooral onder katholieken – iemand een vraag bij heeft gesteld? Waarom is Nederland sneller en verder geseculariseerd dan omringende landen? Waarom is 85 procent van de wereldbevolking wél religieus? Waarom zijn we zo bang voor moslims? Waarom doet iedereen alsof je gek bent als je religie serieus neemt?’

In mij

Dit soort vragen was de basis voor een serie interviews in de Groene Amsterdammer en vervolgens de basis voor haar boek. ‘Ik realiseerde me dat het christendom ín mij zit. Het christendom is niet alleen een persoonlijk geloof, maar ook een cultuur van muziek, teksten, rituelen, opvattingen en waarden. Het is bijvoorbeeld niet toevallig dat alle landen die een democratische rechtsstaat hebben, landen zijn met een christelijke achtergrond. De gedachte dat elke stem even zwaar telt, of je nu dik of dun, arm of rijk bent, komt uit het christendom. De apostel Paulus schreef al: ieder mens is gelijk in God. Zo diep is die christelijke erfenis dus in onze cultuur verankerd.’

Jongeren missen iets

Dat de beklemming van de verzuiling is verdwenen, is alleen maar goed, vindt Zonderop. ‘We zaten vast in de eigen cocon. Katholiek zijn was vooral: naar de katholieke slager gaan, meer nog dan: ergens in geloven.’ Maar ze vindt het jammer dat veel mensen het christelijke geloof alleen maar associëren met die beklemming – ‘je mag dit niet, je mag dat niet’ – en niet met de rijke inspiratie en traditie die het biedt. Die inspiratie en traditie zijn met de ontzuiling ook uit beeld geraakt, merkt ze in gesprekken met jongeren. ‘Jonge mensen missen iets. Hun probleem is dat ze verantwoordelijk worden gemaakt voor hun eigen geluk. Ze verdrinken in de vrijheid die ze krijgen. Ze zien een wereld waarin iedereen doet wat hij wil en een planeet die dat niet aankan. Klimaatactiviste Greta Thunberg staat voor mij symbool voor een generatie die een hoger doel wil dan individuele vrijheid voor iedereen.’

Troost in moeilijke tijden

De Vlaamse psychiater Dirk de Wachter, die overal volle zalen trekt, constateert ook dat gemis en ook híj legt het verband met de ontzuiling, zegt Zonderop. ‘De essentie van het christendom is dat we worden gezíen. Dat biedt troost in moeilijke tijden. Maar vandaag de dag krijst iedereen om aandacht op Facebook en Instagram, omdat het niet meer vanzelfsprekend is dat we worden gezien. We kunnen steeds moelijker omgaan met tegenslag, en vergeving is een moeilijk begrip geworden. Met het afscheid van het geloof en het sociale aspect van de kerk ontzeggen we onszelf met andere woorden ook heel veel wijsheid.’

Rijkdom doorgeven

Voor veel mensen zijn kerk en geloof één geworden. Wie afscheid nam van de kerk, nam ook afscheid van het geloof. Andere sociale verbanden, zoals verenigingen, hebben dat gat maar voor een deel kunnen vullen, stelt Zonderop. ‘Zij vormen wel een sociale gemeenschap, maar hebben niet de verwijzing naar het bovennatuurlijke, dat bij uitstek zingevend is. Bovendien hebben allerlei soorten sociale verbanden niet de rijke traditie en cultuur die het christendom ons biedt.’

Thierry Baudet

‘Het zou mooi zijn als oudere generaties – gelovig of niet – die cultuur tóch doorgeven, nu die in het publieke domein bijna niet meer te vinden is. We zitten nu in een bijzondere fase. Organisaties die nog voortkomen uit de verzuiling, zoals KRO/NCRV of het CDA beroemen zich niet meer onvoorwaardelijk op de christelijke traditie. Anderzijds zijn er populistische politici die zich de West-Europese christelijke cultuur toe-eigenen, maar dan vooral om zich af te zetten tegen moslims. Thierry Baudet noemt zichzelf bijvoorbeeld nadrukkelijk ‘cultuurchristen’. Dat doe ik heel bewust óók. Ik denk dat het goed is dat iedereen die de waarde van het christendom ziet, zich daarover uitspreekt en zegt: dit is ook mijn geschiedenis. Anders denkt een jonge generatie nog dat politici als Wilders of Baudet de vertegenwoordigers zijn van ons rijke christelijke gedachtengoed.’

Achter de voordeur

‘Het is aan de mensen die waarde hechten aan die traditie om daar iets over te vertellen aan volgende generaties. Ik merk dat dat moeilijk is, door de pijn van de verzuiling en doordat religie in ons land – veel meer dan in bijvoorbeeld Groot-Brittannië of Duitsland – een onderwerp is geworden voor achter de eigen voordeur. Als die verlegenheid blijft overheersen, moet de nieuwe generatie het geloof misschien wel opnieuw uitvinden. Dat het christendom zou verdwijnen, vind ik – letterlijk – ongelofelijk. Dat zal denk ik ook niet gebeuren, als je ziet hoe hard het wereldwijd groeit.’

Laveren tussen geloof en ongeloof

Wat gelooft ze zelf eigenlijk? Die vraagt wordt haar vaak gesteld. ‘Om een boek te kunnen schrijven over de comeback van religie, heb ik natuurlijk veel nagedacht over hoe ik er zelf in sta. Ik denk dat ik wel een spiritueel persoon ben, maar ik geloof niet dat er een werkelijkheid is buiten de onze om – daarom noem ik mijzelf ongelovig. Religie zie ik als een uiting van de diepe menselijke behoefte om bezig te zijn met de grote vragen van het leven: waarom is het leven eindig, hoe moet ik denken over goed en kwaad, hoe verhoud ik mij tot anderen? Of je er, bij het nadenken over die vragen, vanuit gaat dat er een God bestaat of juist niet, is voor mij niet zo relevant. Als ik dat uitleg, zeggen mensen vaak tegen mij: dat komt ongeveer overeen met hoe ik geloof. Wat ik ongelovig noem, is voor anderen dus gelovig. Ik denk dat miljoenen Nederlanders op die manier laveren tussen geloof en ongeloof. Maar religie is voor mij méér dan het geloof in God. Religie gaat ook over cultuur, traditie, kunst en – heel belangrijk – waarden. Juist daarom noem ik mij cultuurchristen en vind ik dat ik ook als ongelovige heel goed kan opkomen voor het belang van religie.’

Yvonne Zonderop (1955) is zelfstandig auteur en gespreksleider. Daarnaast heeft ze diverse bestuurs- en adviesfuncties, zowel in de journalistieke wereld als daarbuiten. Ze schrijft onder meer voor de Groene Amsterdammer. Eerder werkte ze voor de Volkskrant, als parlementair journalist en later als adjunct-hoofdredacteur. Haar boek Ongelofelijk, over de verrassende comeback van religie(2018) beleeft inmiddels zijn negende druk. Eind 2019 won ze de Spaanprijs, een tweejaarlijkse prijs die wordt toegekend aan iemand die op ‘opmerkelijke wijze’ een ‘artistieke of publicitaire’ bijdrage heeft geleverd aan het bijbelse, geestelijke of kerkelijke leven in Nederland. Meer informatie op www.yvonnezonderop.nl